Gedachten bij de Advent

zondag 30 november 2025

Eerste zondag van de ADVENT
Mattheüs 24,37-44

Een huis om in te schuilen

'Oh treurigheid op noten, ik sta op eigen poten' is een studentenliedje dat best uitdrukt hoe 'verantwoordelijkheid opnemen' haaks kan staan op 'flagrant z'n goesting doen'. Als de kat van huis is... de ouders zijn voor een poosje weg en de kinderen hebben het kot voor zich alleen. Dit vergt vertrouwen. Maar oh wee als die kinderen de wetten van de jungle gaan toepassen, en geen rekening houden met wat hun ouders graag zouden hebben.

Op deze eerste adventszondag nodigt het evangelie ons uit om ons te gedragen als mensen met verantwoordelijkheidszin. Heel de schepping wordt ons toevertrouwd. De goederen van de aarde, de natuur met al zijn rijkdommen en mogelijkheden, wetenschap en techniek... het ligt alles in de handen van de mensen. Maar soms lijken we te leven onder de wet van de jungle. Onze samenleving is in meer dan één bedje ziek.

Het beeld van de zondvloed, dat het evangelie bovenhaalt, is raak gekozen. Wij mogen vooral niet doen alsof er geen vuiltje aan de lucht is. Wij moeten mét Noach ijverig bouwen aan een veilige schuilplaats, een beschutting voor de bedreigde mens.

De kerk van vandaag kan zich best inspireren aan die figuur van Noach. Zijn naam betekent in vertaling: 'troost' en 'rust'. Wat een grootse taak: troost en rust bieden aan mensen die dreigen om te komen in de draaikolk van een zelfgenoegzame wereld. Dat is de komst van de Mensenzoon, de uitgestoken hand van God zelf, met veel vertrouwen tegemoet zien en aan elkaar aanreiken. Wij moeten een geloofsgemeenschap worden die hoop uitstraalt in de wereld van vandaag en morgen. De moeite waard om ons er voor in te spannen. Dat is pas echt advent: Gods liefde weer laten geboren worden in ons armtierig mensenbestaan.

Een heilzame advent gewenst!

zondag 7 december 2025

Tweede zondag van de ADVENT
Mattheüs 3,1-12

Ommekeer

Veertien dagen geleden besloten we het kerkelijk jaar met het feest van Christus, Koning van mens en schepping. Nu, aan het begin van het Jezusverhaal volgens Mattheüs, horen we: “Mens, ga toch anders leven want het Koninkrijk der hemelen is vlakbij.” En een paar bladzijden verder zal Jezus zijn optreden beginnen met exact diezelfde oproep van Johannes de Doper: “Mensen; keer je om, want het Koninkrijk der hemelen is op handen.” Wat is toch 'dat Rijk Gods, dat Koninkrijk'? Het lijkt erop dat er zich een nieuw wereldbeeld, een nieuwe manier van leven, een andere maatschappij aankondigt.

Misschien moeten we, tot beter begrip, de eerste bladzijde van de Bijbel herlezen. Daar schiep God de mens; man en vrouw schiep Hij hen, naar Zijn eigen beeld en gelijkenis. Hun liefde was nog puur en onverstoord. Zo waren zij het exacte beeld van wie en hoe God is.

Helaas liep het fout toen de mens zich z'n eigen god waande. Liefde werd haat, tot in broedermoord toe... God was ver weg, de liefde was zoek geraakt. En alles wijst erop dat dit vandaag nog zo is. Daarom is die oproep van de Doper zo actueel. Hij staat midden in de woestenij van onze wereld te roepen: “Mensen, leef toch anders, meer zoals God het heeft bedoeld. Laat je toch herscheppen tot mensen om lief te hebben. Om zo weer Gods beeld en gelijkenis te kunnen zijn: pure, barmhartige en oprechte Liefde.”

Heel schrander merkt de Doper op dat die ommekeer noodzakelijkerwijze begint in het hart van de mens, in zijn binnenste. Zomaar meelopen voor de schone schijn, – dan mag je de kerk nog platlopen,- helpt niet. En zich beroepen op afkomst is al evenmin van tel. Het is een persoonlijke keuze, bewust en gewild. Het moet een liefde zijn, die aanstekelijk werkt en vruchtbaar is.

En dat we er niet alleen voor staan horen we op het einde van het evangelie van vandaag: “Na mij komt er iemand die ons vurig en geestdriftig maakt. Zelf zal Hij de duidelijkste afspiegeling zijn van wie en hoe God is.” Laten we zijn komst voorbereiden door zelf toegankelijk te worden.

zondag 14 december 2025

Derde zondag van de ADVENT
Mattheüs 11,2-11

Van oud naar nieuw

Jezus is een en al bewondering voor Johannes de Doper, zijn gangmaker. “Onder wie uit een vrouw geboren is (en dat zijn alle mensen wel), is niemand groter dan hij. Maar in het Rijk Gods is zelfs de kleinste nog groter.” Wat kunnen die woorden van Jezus toch betekenen?

Het lijkt wel dat in het ‘oude Verbond’ God al tevreden was als de mens zijn plicht deed en geen vlieg kwaad zou doen. Johannes schreeuwde de mensen toe dat ze het op een andere boeg moesten gooien. Gods wetten moesten geëerbiedigd worden. En hijzelf leefde ernaar, meer dan wie ooit.

Maar met Jezus breekt er een gans nieuwe periode aan, een 'nieuw Verbond' waarin de wet van de Liefde alle voorgaande wetten omvat en overtreft. “Ga aan Johannes zeggen wat er nu aan ’t gebeuren is… mensen zien het plots weer zitten, neergeslagen mensen komen overeind, en aan zieke plekken in de samenleving wordt effectief gewerkt… blij nieuws voor de kleine mens in al zijn noden.

In Jezus mogen we God zelf aan het werk zien: mensen voor wie het amper of geen leven is, komen weer aan hun trekken. Liefde is de norm van leven. Later zal Jezus aan zijn leerlingen (en dat willen we toch allemaal zijn) de opdracht geven de werken te doen die Hij heeft gedaan. God wil op diezelfde wijze (door ons) werkzaam blijven in onze kramakkelige wereld.

De advent is de uitgelezen tijd om daar werk van te maken: Ik had honger, en gij hebt Mij te eten gegeven; Ik had dorst, en gij hebt Mij te drinken gegeven…

Advent: tijd, hoogtijd voor solidariteit met armoelijders. Eén warmste week is al een begin, maar onze menslievendheid mag nooit afkoelen. Zo, en alleen zo, wordt Gods menswording die we met Kerstmis vieren, een echt en hedendaags feest.

Luc Valvekens
1/12/25